Vers in de Etalage
Door Josse KokOp verzoek van De Optimist schreef Josse Kok speciaal voor de themamaand ‘Pulp’ een viertal ‘pulpgedichten’.
Onwil
Ramptoerisme trekt mij niet
maar ik verlam per ongeluk.
Ik wil de buurt niet lastig
vallen, maar het is zo stil.
Ik wil geen mens zien poepen
op een schoongeveegd trottoir
maar de ogen van de buurman
zijn de kersen op mijn taart.
Ik wil geen broeken passen
hier. Ze zijn me te volmaakt.
Ik wil gaten in mijn pijpen
en klodders rond de naad.
Ik wil lelijke gedaantes
opgehangen aan mijn muren
en een bibberende peuter
om ze er vanaf te turen.
Ik wil resten op mijn grond,
ik wil kliekjes in mijn kast.
Ik wil kruipen door het stof
van deze gore levensdans.
Ik wil mensen graag ontkennen.
Ik wil trucjes demonstreren.
Ik wil speekseldraden schieten
en mij keer op keer onteren.
Laat mij stinken als een rat.
Laat mij boeren als een draak.
Ik zal menselijk onwenselijk
en steevast poedelnaakt
met een ferme knoflookadem
de verklaring tot u richten.
Ik wil zijn en enkel zijn.
Meer wens ik niet te willen.
Pulp
Ik schrijf graag in schuine letters
voor de altijd scheve ogen
van de goed verdwaalde lezer
die op zoek is naar een plot.
Uit het slijk trekt u conclusies
als een veenlijk zonder tanden
en u zult het af gaan spoelen
om een identificatie.
U verlangt een schouderklopje
als de moord lijkt opgelost
tot ik weer iets onderdompel
in een uitgekookt moeras.
WANTED
Ik had je willen redden, maar mijn kogels
waren op. Het was een western zonder
paarden, maar ik rook een oude hoef.
Wij liepen dwalend over prairies, speurend
naar het laatste bot. Alle gewrichten werden
stroef en ik smolt langzaam in de zon.
Jij wilde verder, ook al dreigde er een leger
van bandieten. Ik vond een wijze indiaan,
hij schoot mij aan en lachte niet. Ik knielde
neer bij totempalen, sprak mijn diepste
halfgod en gaf je roepnaam aan de sheriff.
Toen zijn schot klonk, hield je op.
Ik had je willen redden, liefste
maar mijn holster zat op slot.
De Gemaskerde
Zijn vingerafdruk kent u niet.
Hij legt aan met gespleten tong
en bombardeert uw hersenvlies.
In dichte nevel lost hij op.
Zijn ogen schijnen in het licht
van de sirenes op de wagens.
Hij verbergt een oud gezicht.
In mist zal hij u plagen.
Hij schildert raadsels op de muur
en schiet zijn pijlen op de maan.
Door uw stad zwerft een fantoom.
Hij kan de hele wereld aan.
Over de auteur
Josse Kok is een dichter uit Dordrecht. Hij debuteerde in 2013 met de bundel Ik heb geslacht, die genomineerd werd voor de Buddingh'-prijs. Een maand geleden kwam zijn tweede bundel uit, genaamd Probeert u het later nog eens.
Lees meer van Josse Kok
Vers in de Etalage
Door Josse KokWielersdrang Een jongeman fietst zich in bochten door de hoek van onze stad. In volstrekte willekeur van klanken schreeuwt hij op ons af. Wij hangen laf en mensen vrezend om een afgebladderd bankje, zien niet verder dan een idioot; een kwezelende gans. Totdat een stamgast ons vertelt dat het in wezen nog een kind is. […]
Lees meer uit de categorie poëzie
Vers in de Etalage
Door Katelijne BrouwerLUCHTBEGRAFENIS Hoe je danste voor de gier die zich verveelde, net zolang je jas uitsloeg tot hij zijn vleugels, jij je vingers spreidde, hij zijn pennen, jij de inkt en samen dansten jullie, ieder aan zijn eigen kant van het hek. Hoe jullie dansten. Hoe jij schetste. Je bent nog steeds dichtbij als ik bij […]