Eén wet: leven
Door Anna van Strien | beeld: adminBlack metalband vertaalt verzen van vitalist Marsman
Black metalband Terzij de Horde publiceert een selectie van Hendrik Marsmans Verzen in Engelse vertaling. Bassist Johan van Hattum vertelt De Optimist waarom: “Marsman brengt je de kans een grens over te gaan, de wereld in te trekken en je los te wrikken van elke levensbeperking.” In die geest publiceren we drie bijzondere gedichten uit A Crooked Flower in Cosmos’ Flailing Mouth.
Vandaag is het 75 jaar geleden dat dichter Hendrik Marsman overleed. Hij verdronk in Het Kanaal, op de vlucht naar Engeland tijdens de Duitse inval in 1940. Zijn schip verging. ‘De eenzame zwarte boot / vaart in het holst van den nacht / door een duisternis woest en groot / den dood, den dood tegemoet’, dichtte Marsman veertien jaar eerder.
Zo kwam een wrang, romantisch einde aan een dichterschap dat in het teken stond van één wet: leven. Marsman was een vitalist en een expressionist. Intens en volledig leven was voor hem het antwoord op alle ontreddering en onderdrukking die het leven bedreigt. Zijn beroemde Verzen (1923) zijn doordrenkt van een kosmische levensdrang. ‘De waarde van een kunstwerk zal worden bepaald door de mate waarin intens leven in intense poëzie is omgezet’, stelde hij in 1926, in de periode waarin hij zijn vitalistische poëzietheorie ontwikkelde en verkondigde in tijdschrift De Vrije Bladen.[1] De vertaalde gedichten in A Crooked Flower in Cosmos’ Flailing Mouth komen bijna allemaal uit deze periode, zoals het beroemde Lex Barbarorum, de wet der barbaren (1926).
Lex Barbarorum Hand me a knife. I have slowly raised my stature whole. I have heard, that I have said all those pining away to some sorrow, | Lex Barbarorum Geef mij een mes. ik heb mij langzaam recht overeind gezet. ik heb gehoord, dat ik heb gezegd allen, die wegkwijnen aan een verdriet |
Leven en kunst waren in Marsmans vitalistische opvatting ‘ongescheiden-onderscheiden één’: de kunst, het scheppen, het ‘vorm’ geven is de belangrijkste functie van het leven. Marsmans levensdrift wordt dan ook voortdurend omlijst door zijn om angst niet ten volle te hebben geleefd. Voordat de dood zich aandient, wil hij ‘tot de laatste nacht, het laatste uur, de laatste tel’ [2] álles uit het leven persen. In die geest was het leven voor Marsman ook een persoonlijke en literaire worsteling tegen vaste structuren en elke beperking door een autoriteit.[3]
Het vitalisme is niet alleen een literaire uitwerking van het expressionisme tussen de twee wereldoorlogen, het is ook een levensbeschouwing en een beschavingskritiek: de moderne beschaving wordt aangevallen omdat zij ingaat tegen de natuur, de aard van het leven en de aard van de mens. De kritiek richt zich vooral op het economische vooruitgangsdenken, de uitwassen van technologie en de vervlakking van waarden in de grote steden. In het filosofische vitalisme van Henri Bergson en Friedrich Nietzsche keert men zich af van het verstand en het intellect en huldigt men de intuïtieve, natuurlijke krachten van het leven. In de literatuur zijn onder andere de prozaïsten Steinbeck, Hemingway, D.H. Lawrence en Henry Miller sterk aanwezig als vitalist: de ‘mannen met ballen’ die de ruimte van het volledige leven omarmen, niet in het minst in hun krachtige fysieke en erotische beschrijvingen.[4]
Het vitalisme wordt gevoed door de energie van die botsing van waarden en ideeën: de strijd is fundamenteel. Dat zien we terug bij Marsman in de veelvuldige lyrische beschrijvingen van de dood en de duisternis, die in sterk contrast staan met het licht en de energie van al het levende. Bassist Johan van Hattum van Terzij de Horde: “Voor een vitalist is de dood, of het einde aan de levenskracht die zo nauw verbonden is met expressie en creativiteit, natuurlijk een ultiem einde: de dood is een ‘niet leven’, dat met overtuiging bestreden moet worden en dat kan maar op één manier.”
Door raise hell en levensdrift?
Johan: “Wij vereenzelvigen ons graag met de duister- vitalistische kant van Marsman. Onze blackmetal gaat niet om raise hell, satan rules en 666, maar om een diepe noodzaak vrij te zijn en individu te zijn. Breek vrij van structuren, vernietig wat je in de weg staat, leef écht; dat vinden wij terug in Marsman. Black metal kan – net als poëzie- al snel een gestroomlijnd circus worden, maar de old school black metal is een nog hardere, overtreffende vorm van punk: ze vocht zich los van een andere stroming die zich losvocht van weer een andere stroming en in die voortgaande beweging moet alles snéller, dieper, harder. Je moet immers tellen.”
Hoe komen vijf behaarde metalgasten uit bij Marsman?
“We zijn eigenlijk allemaal Marsman-adepten. Dat is organisch ontstaan. Een goede vriend van de band heeft de dichtregels uit Einde op zijn borstkas laten tatoeëren. We zijn ook allemaal Nietzsche-adepten en het kan dan ook geen toeval zijn dat Also sprach Zarathustra mede vertaald is door Marsman. Iedereen kent Denkend aan Holland, maar liefhebbers Joost Vervoort en ik ontdekten tijdens het vertalen zoveel meer in Marsman dan Holland, dat dragen we uit.”
Ending Athwart the horde never did a flower signal slide and alike float, a late, slender flower, | Einde Terzij de horde nooit gleed een bloemsignaal en zelfde drijf, een late, smalle bloem, |
Waarin vinden jullie die verwantschap?
“De zinnen van Marsman drukken een wil uit: de wil om vrij te zijn. De wil om elke aanwijzing van welke aard dan ook niet zomaar blind te accepteren, om op zoek te gaan. Die wil hebben wij ook. We willen ontdekken, leven, niets zonder meer aannemen; de poëzie van Marsman is precies zo levensbevestigend. Ook hebben alle bandleden dezelfde geldingsdrang als Marsman en het vermogen dat goed uit te drukken. We zitten allemaal in producerende beroepen – zowel tekstueel als vocaal en muzikaal [De bandleden zijn respectievelijk scenariospecialist op het gebied van voedselzekerheid en klimaatverandering, docent, taalkundig onderzoeker, webdesigner, hoofd marketing van Incubate, bierbrouwer en black metalmuzikant – red.]. In onze muziek is tekst heel belangrijk, zo leveren we altijd een boekenlijst bij de platen die we uitbrengen, en we doen ons best zo goed mogelijke teksten te schrijven. Het idee achter een nummer, of nee, eigenlijk toch wel ‘de idee’ van een nummer is leidend in onze muziek.”
Terzij de Horde bracht in april 2010 het album A rage of rapture against the dying of the light uit. De track Non Timetis Messor – waaraan de prachtig ritmische titel van het album is ontleend- is een mooi voorbeeld van de vitalistische beïnvloeding. De titel betekent vrij vertaald en metaforisch: ‘Geen angst voor de oogster’ of ‘Sidder niet voor de zeis’: laten we Magere Hein en zijn tijd niet vrezen, we leven immers intens. Kosmische referenties aan tijd (‘moment eternal’, ‘the ending of days’) en de strijd tussen licht en donker (‘the dying of light’, ‘our shadows’) zetten wat voelt als een heilige eed aan het leven kracht bij: ‘I shall use my time. I shall not waste my days prolonging them.’ Ook de zintuiglijke en lichamelijke beeldspraak is vitalistisch: ‘let our whirring dances keep the dark at bay’, ‘When ecstasy’s utmost we clutch at the core’. Marsmans idee van de levensfunctie is letterlijk de openingszin van de lyrische tekst: ‘The function of men is to live’. Non Timetis Messor bevat de woeste levensdrang, de rage of rapture die de duisternis beantwoordt.
Non Timetis Messor The function of men is to live, not to exist I All of our lives that have gone before A rage of rapture against the dying of light The moment eternal, just that and no more Our shadows cast will bring the tiding Terzij de Horde (Beluisteren? Klik hier) |
Ideeënmuziek?
“Ja, dat zou je kunnen zeggen. In onze nummers willen we het liefst een heel individuele samensmelting bereiken van de muziek, de vocals en de tekst. Die drukken samen de idee van zo’n nummer uit, bijvoorbeeld ‘het vrije individu willen zijn, los van elke onderdrukking of beperking.’ Dat is een bijna hoogromantisch ideaal. We maakten ons enige en laatste Nederlandstalige nummer Wacht – Lex barbarorum, voor bij de bundel vertaalde gedichten Dat nummer krijg je er gratis bij. We vonden in de herhaling van de laatste regel van Wacht en de eerste regels van Lex barbarorum een prachtige aansluiting waar we iets mee wilden doen: “geef mij uw schemering / geef mij uw grijzen wind” en “geef mij een mes”. We hebben de vrijheid genomen om die verzen samen te voegen en dat pakte heel mooi uit. Maar het gaat ons met het uitbrengen van deze bundel natuurlijk allereerst om Marsmans poëzie, niet om onze muziek.”
Vigil Sea, storm and darkness the fire shivering vigil give me your gloaming | Wacht Zee, storm en duister ik kan der vuren huiverende wacht |
Hoe is jullie vertaalproject ontstaan?
“We waren in 2013 op tour in Engeland en omdat Marsman zo belangrijk is voor ons hebben we toen enkele gedichten vertaald in het Engels, zodat ons publiek die zou kunnen lezen. Daaruit is de wens ontstaan om Marsman over de grenzen van Holland te tillen. Marsman was een kosmopoliet, hij had niet zo’n boodschap aan grenzen, en heeft altijd veel gereisd. Joost en ik zijn dagelijks bezig met de Engelse taal en we zijn begonnen met een voorselectie vanuit onze eigen voorkeuren. Na een paar avonden schreeuwen tegen elkaar met bier erbij, kwamen we tot een selectie gedichten die zijn we gaan vertalen. Toen we zelf uitvertaald waren, hebben we professioneel literair vertaler Bram van IJperen gevraagd zich ermee te bemoeien. Hij vond dat we het niet onaardig gedaan hadden en heeft de vertalingen afgemaakt. Al met al was het een project van zes maanden.”
Waar liepen jullie tegenaan? Wat hebben jullie ontdekt?
“We hebben zoveel mogelijk synoniemen van het woord ‘duisternis’ geprobeerd te vinden, dat was een klus. Het schaven en zoeken naar de juiste vorm en connotatie van elke regel, elk woord was heel boeiend. Vertalen is natuurlijk ook interpreteren, dus loop je tegen verschillen in opvattingen aan. Zo ben ik het nog steeds niet helemaal eens met de lezing van Einde; vooral de laatste twee regels, ‘en zelfde drijf, een late, smalle bloem/op den verloomden maatslag van den tijd’ betekent voor mij iets anders dan wat het in het Engels is geworden, maar met hulp van Bram van IJperen heeft de rest van de band het oordeel geveld. Nu ja, dan schreeuw je wat tegen elkaar – liefst met bier erbij dus- en leg je je daar bij neer. Ik ben door dit vertaalproject de breedte en de diepte van de vrijheid die Marsmans poëzie biedt nóg meer gaan waarderen.”
Wat moeten we nu nog met Marsman, vind je? Poëzie is al moeilijk voor veel mensen, en die van de oude dichters helemaal. Waarom zouden we er nu nog aan beginnen?
“Je zou eens met deze bundel kunnen beginnen, omdat wij het bewijs leveren dat Marsman meer is dan (Denkend aan) Holland. Hier ligt je kans om weer een grens over te gaan. Marsman staat voor een ‘universeel zijn’ een ‘kosmopoliet zijn’, losgewrikt van elke beperking of oppositie. Je zou Marsman dus kunnen oppakken en kunnen delen met je vrienden in de hele wereld en een avond over zijn gedichten tegen elkaar kunnen schreeuwen. Hij biedt – in de stijl van Marsman- ‘een zee aan mogelijkheden waarin je kan drijven en mogelijk kan wegzinken.’”
The Crossing The lone black boat I lie deep in the moaning hold and cry for the dark land oh! the journey to the eternal land | De overtocht De eenzame zwarte boot ik lig diep in het kreunende ruim, en ik ween om het duistere land, o! de tocht naar het eeuwige land |
De bundel A Crooked Flower in Cosmos’ Flailing Mouth met vertaalde gedichten van Marsman (beperkte oplage) is te bestellen via: http://www.hendrik-marsman.org/
Bij bestelling krijg je een downloadcode voor de track Wacht / Lex Barbarorum
Website Terzij de Horde: http://terzijdehorde.bandcamp.com/
Facebook: https://www.facebook.com/terzijdehorde
[1] Marsman liet zich aanvankelijk inspireren door het Duitse ‘kosmisch expressionisme’, maar legt in onder andere De anatomische les (Bussum, 1926) een sterk vitalistische opvatting neer.
[2] Uit het gedicht Les soldats de Dieu.
[3] In De Vrije Bladen zocht Marsman naar jonge medestanders voor (vitalistische) vernieuwing van de poëzie, die vond hij nauwelijks en daarin was hij teleurgesteld. De kopstukken van Forum zagen de ‘vent’-kracht van Marsman en in de jaren ’30 sloot Marsman zich dan ook aan bij Forum. In 1933 verklaarde Marsman dat hij de enige vitalist in de lyriek is gebleven: ‘le vitalisme c’était moi’. Hij verklaarde het vitalisme in dat nummer van Forum dan ook dood (jaargang 2, 1933).
[4] In Nederland en België is naast Marsman ook Herman van den Bergh een vertegenwoordiger van het vitalisme in de poëzie. Werk van prozaïsten als Jef Geeraerts, A. den Dolaard en Gerard Walschap wordt ook wel vitalistisch genoemd en meer recent vindt men kenmerken in het werk van Jan Wolkers en Hugo Claus.
Over de auteur
Anna van Strien (1978) is neerlandica, poëzieredacteur en docent. Ze woont met peuter en Volkswagenbus in Amsterdam. Anna houdt het meest van Lucebert en Reve en doet het liefste zo veel mogelijk tegelijk.
Over de illustrator
Lees meer van Anna van Strien
Van de gebroeders Grimm tot Rammstein
Door Anna van StrienDuitse cultuurgeschiedenis in 15 fenomenen Jerker Spits spreekt zoals hij schrijft: helder, erudiet én concreet. Hij bedient zich van ingebedde bijzinnen die een prelude vormen op nóg meer moois en groots. En dat is goed nieuws voor de lezer van zijn recente boek Staalhelmen en curryworst. Een Duitse cultuurgeschiedenis in 15 fenomenen. Der Germanist bevraagt […]
Lees meer uit de categorie interview
Ivan Words: ‘Ik wil me vooral druk maken over de dingen waarop ik direct invloed heb’
Door Sophie KokZijn teksten zijn ritmisch, rauw, poëtisch, (maatschappij)kritisch, speels, eerlijk en vol zelfreflectie. De achtste en laatste finalist die we aan jullie voorstellen is Ivan Words. Hij is co-founder van het spoken word platform ‘Spoken World’, was een aantal keer huisdichter voor radio FUNX en spreker bij TEDx. Behalve als spoken word artiest is Ivan actief als […]