Vers in de Etalage
Door Katelijne Brouwer | beeld: Gemma PauwelsLUCHTBEGRAFENIS
Hoe je danste voor de gier die zich verveelde,
net zolang je jas uitsloeg tot hij zijn vleugels,
jij je vingers spreidde, hij zijn pennen, jij de inkt
en samen dansten jullie, ieder aan zijn eigen kant
van het hek. Hoe jullie dansten. Hoe jij schetste.
Je bent nog steeds dichtbij als ik bij de vale gieren sta
en die grote vleugels zie, hun blote nekken met koppen
die verdwijnen in het vlees van een karkas.
Hoe je je jas opendoet, de sleetse beige burberry
met geruite binnenkant. Hoe je hurkt voor het gaas,
je hoofd beweegt en wordt gezien door die ene
vale gier. Hoe je hurkt en hipt, de gier hipt
met je mee. Zo danst er niemand meer.
SIRENES
Als natte handdoeken rond een buitenbad
liggen de wolven uitgespreid op het zand.
Geen jacht of roedeldrang, alleen dit solitaire
liggen, hun ogen spleten blauwe viooltjes.
De sirenes jankten, luchtalarm. De wolven
zochten de maan van twaalf uur ’s middags
boven de heuvel in hun perk, ze renden rond,
huilden terug, beten naar snuiten en muilen.
Eerste maandag van de maand in de ochtend
bloedcontrole, dan de wolven zien, die samen
renden en roedel zongen tot de sirenes zwegen,
koffie met morfine wachtte en de dag terugkwam.
Je stierf op zondag twee november in de avond.
De dag daarna loeiden de sirenes. Je bed direct
gekoeld, een open raam. De kou kwam binnen,
je graf werd gedolven en in hun hol de wolven.
ALTIJD KIKKERVIS
Moeilijke beesten hebben rare namen. Je leest
het bordje en begrijpt niet wat je ziet, axolotls,
voor altijd embryo’s, kikkervissen uit Mexico.
Je vertelt me hoe het was, je prille zwangerschap,
net deze waterbak, niemand die iets zag,
bubbels champagne kriebelend in je buik.
Die kieuwen net franjes aan een parasol deinend
in het water, antennes op de daken die je in een ets
tot leven brengt. Aquarium wordt aquatint, make-up
die vloeit, onderwaterwereld, nevels hangen laag.
Rimmel, Mary Quant, uitgelopen Kohlpotlood,
dit zijn geen beesten in zomerdracht, ze dobberen en deinen
in lichte rouw, klodders huilende mascara, vitrage
die een sluier is. Handgroot en toch zo prematuur.
Het water wiegt de axolotls als een schoot,
nu is mijn moeder dood.
Over de auteur
Katelijne Brouwer (1966) publiceerde eerder korte verhalen en poëzie in Op Ruwe Planken en op De Optimist. Ze komt nog steeds heel graag in Artis, al mist ze de verdwenen dieren, het nijlpaard, de zeekoe en de tijgers.
Over de illustrator
Meer informatie over en werk van Gemma Pauwels is te vinden op haar uitgebreide website: gemma.nu
Lees meer van Katelijne Brouwer
Mijn ooms stonden op het dak en bliezen op hun bazuinen
Door Katelijne Brouwer‘Mijn ooms stonden op het dak en bliezen op hun bazuinen’, hoorde ik mijn vader ’s avonds laat een keer tegen mijn moeder zeggen. Ik had allang moeten slapen, ving een paar flarden van hun gesprek op, ‘ooms’, ‘bazuinen’, ‘dak’, en sliep in. Zo geheimzinnig was het dat ik nooit verder heb durven vragen, maar […]
Lees meer uit de categorie Poëzie
Het heeft een hekel aan feestjes
Door Femke Vindevogelhet heeft een hekel aan feestjeshet geklingel van bestek en glazenchampagne en diegenen die alsmaar luiderdie champagne consumeren, het jaagt haarde toiletten in, waar ze koortsachtig zoektnaar koele kompressen in de maandverbandautomaat het dwingt haar als een diva te levenom buitenshuis een zonnebril te dragen,om eerste klas te reizen, het verbiedt haarom Ikea te betreden, […]